Om met collega’s, ouders, leerlingen en natuurlijk bedrijven te praten over een activiteit op school, helpt het om zo concreet mogelijk te kunnen vertellen wat de activiteit inhoudt.
Dit stappenplan helpt daarbij: als je op alle 10 de stappen een antwoord hebt, ben je klaar met de basis van je project.
1. Wat is het doel van de activiteit?
Of wil je iets met het bedrijf om leerlingen te laten zien hoe bedrijven zijn, welke beroepen daar zijn etc? In het kader van Loopbaan Oriëntatie Begeleiding dus?
2. Wie is de doelgroep voor de activiteit?
Voor welke leerlingen is deze activiteit? Welk onderwijsniveau volgen ze? Wat is hun achtergrond? Wat biedt deze activiteit hen?
Biedt de activiteit meerwaarde voor de hele klas? Of alleen voor enkele individuen?
Is het vanwege praktische overwegingen handig om de activiteit met de hele klas of juist met enkele leerlingen te doen?
3. Wat heb je daarvoor nodig van het bedrijf?
- sfeer proeven
- zien welke ontwikkelingen lopen
- dieper induiken op één onderwerp, project of ontwikkeling
- kennismaken met beroepsdilemma’s
- kennismaken met een reeks beroepen of één beroep of met een loopbaan van iemand
4. Welke bedrijfsactiviteit past daarbij?
Naast een excursie of een gastles, zijn meer mogelijkheden om leerlingen kennis te laten maken met bedrijven. Zoals door
- voorbeelden te geven als docent
- videobeelden te gebruiken
- beroepen filmpjes op exactwatjezoekt.nl
- Jet-Net webcasts
- how it’s made filmpjes via YouTube
- opgaven te maken
- zoals bij Chemie Actueel
- artikelen te laten lezen
- zoals van Chemische Feitelijkheden
- kortere opdracht te schrijven
- onderzoeks- of ontwerpopdracht
- informatie laten zoeken via website of tekst
- projecten te doen
- een blog laten volgen via facebook (bijvoorbeeld via Stichting C3)
- een medewerker te laten interviewen
- materiaal van Bedrijf in de Klas in te zetten
5. Hoe wil je die activiteit inzetten?
- in een losse les
- met een kort project tijdens de lessen
- als hele projectweek
- in een doorlopende traject
- als informatiebron voor docent
6. Waar moet de activiteit plaatsvinden?
Pas als je op bezoek gaat bij een bedrijf kun je echt de sfeer opsnuiven, ‘proeven’ of dat bij je past. Maar het kost ook veel tijd en regelwerk.
En je loopt het risico dat leerlingen ‘alleen maar heel veel metaal’ zien of alleen het werk op de vloer terwijl zij juist geïnteresseerd zijn in wat er in de kantoren gebeurt.
Ook voor bedrijven is soms het een vrij grote investering om een hele groep leerlingen rond te leiden (per 10 leerlingen rekenen zij ongeveer één begeleider!). Voor een bedrijf kan het dan ook eenvoudiger zijn om één medewerker naar de school te laten gaan.
Bedenk daarom goed waar de activiteit moet plaatsvinden. Een interview of een gastles kan ook goed op school. Misschien is er vanuit het bedrijf wel goed videomateriaal beschikbaar om te laten zien wat er op de werkvloer gebeurt.
De beste plek voor een activiteit hangt ook af van met hoeveel leerlingen je deze activiteit wil doen en welke ruimte de school biedt om met een grote groep leerlingen of juist een enkeling op pad te gaan.
7. Wanneer moet de activiteit plaatsvinden?
In een e-mail geef je over het algemeen drie mogelijkheden om uit te kiezen.
Kun je alleen op één bepaalde dag of tijdstip? Laat dat dan duidelijk weten en geef aan dat je hoopt dat de ander kan, maar dat je het natuurlijk begrijpt als dat niet mogelijk is.
En last but nog least: een bedrijfsjaar loopt van januari – december. Noem dus geen weeknummers.
Ook heeft een bedrijf geen boodschap aan lesuren. Noem dus altijd het tijdstip en niet ‘het 8e uur’ oid.
8. Wat hebben de leerlingen nodig van jou om dat doel te bereiken?
Uit onderzoek blijkt dat een bedrijfsactiviteit nauwelijks impact heeft op leerlingen als deze niet is voorbereid of wordt teruggekoppeld.
Geef leerlingen daarom vooraf:
- informatie over het doel van de opdracht!
- voorkennis over het bedrijf en de opdracht
- kennis over welke acties/houding je van ze verwacht voor-, tijdens en na het bezoek
en achteraf terugkoppeling naar aanleiding van de bedrijfsactiviteit.
Let op – Leerlingen die niet zijn voorbereid op een bedrijfsactiviteit leiden tot veel ergernis bij bedrijven.
Gebruik lesmateriaal van Bedrijf in de Klas om je leerlingen voor te bereiden.
9. Wat heeft het bedrijf nodig van jou om de activiteit goed te verzorgen?
- De doelstelling van de activiteit;
- Informatie over de leerlingen (niveau en interesse);
- Beschrijving van het project;
- Aansluiting op omliggende lesssen/lesstof;
- Planning – datum en tijdstip;
- Terugkoppeling en evaluatie.
10. Zorg voor goede communicatie naar leerlingen, bedrijven en collega’s.
Omdat het bedrijf het onderwijs helpt, ontzorg je vanuit school het bedrijf. Dat betekent dat je pro-actief informatie doorgeeft etc.
Communicatie eindigt niet na de activiteit. Denk ook aan een bedankje, een terugkoppeling achteraf (resultaten van het project, reacties van leerlingen, evaluatie) en maak afspraken over de toekomst.
Download het 10-stappenplan
Zo heb je altijd een handig overzicht bij de hand dat je na kan gaan bij het organiseren van een activiteit.